Volgens de vertegenwoordigers uit de bouwsector moet de wet betrekking hebben op energiebesparing en de vermindering van de CO2-voetafdruk tijdens de gehele levenscyclus van gebouwen en niet alleen tijdens het bouwproces. Zij vinden de wet een stap in de goede richting, maar door gebrek aan maatregelen met effect op lange termijn biedt deze onvoldoende antwoord op de uitdagingen van de energietransitie in Spanje.
En juist die zijn nodig om echt een impuls te geven aan de verbetering van het gebouwenbestand in Spanje en lager energieverbruik van de bevolking: want behalve het milieu, vormt ook het steeds groter tekort aan energie een steeds dringender probleem om aan te pakken.
De CO2-voetafdruk van gebouwen
In de wettekst staat dat ‘de bouwmaterialen die zowel bij de bouw als bij de renovatie van gebouwen worden gebruikt, de kleinst mogelijke CO2-voetafdruk moeten hebben, zodat de totale emissies van de actie of het gebouw worden verminderd’. Daarbij wordt niet gekeken naar het energieverbruik van het gebouw, maar alleen naar het effect van de specifieke materialen die zijn gebruikt bij de bouw.
CEPCO wijst er samen met andere verenigingen in de bouw op dat, volgens officiële gegevens, het gebouwenbestand in Spanje verantwoordelijk is voor ongeveer 30% van het energieverbruik en voor een derde van de CO2-uitstoot. Dit zorgt mede voor de voortdurende stijging van de energierekening van huishoudens en de vaak onevenredig hoge uitgaven in verhouding tot hun inkomen. De Vereniging van Spaanse Fabrikanten van Isolerende Minerale Wol (AFELMA) stelt dat alleen door gebruik van geschikte isolatiematerialen bij de bouw of renovatie van een gebouw de uitstoot al met 200 ton CO2 kan verminderen.
Energiebesparing voor gezinnen
Met andere woorden, de wetgeving zou niet alleen de manier van bouwen moeten reguleren, maar ook de gebruikte technieken en materialen, met het oog op een maximale energiebesparing voor de gezinnen. De oplossing voor de slechte staat van het huidige gebouwenbestand in Spanje ligt volgens de brancheorganisaties niet alleen in de vervanging van het soort energie dat wordt verbruikt, maar ook in de vermindering van het totale verbruik van het gebouw.
Spanje kan niet achterblijven bij EU
CEPCO wijst erop dat de wet in overeenstemming moet worden gebracht met de beginselen van de richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen, met een hiërarchie van energie-interventies in gebouwen: van het inperken van de energievraag, het verbeteren van niet-werkende maatregelen tot het aanpassen van klimaatregelingsapparatuur.
AFELMA wil dat de overheid stimuleringsmaatregelen invoert om de doelstellingen te verwezenlijken: zowel voor het efficiënte gebruik van energie als voor de beheersing van de vraag naar energie en het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen in de bouwsector. De organisatie waarschuwt dat als er in de wet geen specifieke wetgevende maatregelen worden genomen om de goedkeuring van meer geavanceerde criteria voor bouw en renovatie te bevorderen -juist nu er dankzij Europese fondsen meer dan 6.000 miljoen euro wordt geïnvesteerd in de renovatie van gebouwen- Spanje zal achterblijven bij Europese partners.
Meerwaarde door coördinatie
ANEFHOP, de werkgeversorganisatie van betonfabrikanten, benadrukt dat ‘de klimaatveranderingswet van cruciaal en fundamenteel belang is inspanningen van alle betrokkenen op een duidelijke en gecoördineerde manier te sturen. Dat levert meerwaarde op. De wet moet een drijvende kracht voor verandering worden, en daarom is het zo belangrijk dat de inhoud ervan duidelijk is.