Zeven bijzondere nationale parken in Spanje

door admin
Doñana Nationaal Park

In Spanje zijn er ongelooflijk mooie natuurgebieden, natuurparken en nationale parken. Veel mensen, zowel Spanjaarden als buitenlanders, trekken er regelmatig heen. Bijna een derde van de Spaanse natuur heeft een beschermde status. Het is er prachtig om weer in contact te komen met de natuur en te wandelen, vogels te kijken, of andere dieren te zien.

Naast nationale parken zjin er nog vele andere natuurgebieden die een of andere beschermde status genieten, zoals natuurpark, paraje of biossfeerreservaat. Volgens het boek The Best of Nature in Spain van Lonely Planet zijn dit de beste nationale parken in Spanje om dieren in het wild en met name vogels te spotten.

1 Atlantische Eilanden (Galicië)

Islas Cíes

©Else Beekman

Het Nationaal Park Atlantische Eilanden – beter bekend als Cíes-eilanden – omvat de eilanden Ons, Cíes, Sálvora en Cortegada, in de Galicische provincies A Coruña en Pontevedra. Hier tref je azuurblauw, kristalhelder water, verlaten stranden, grote kolonies met bijzondere vogelsoorten, vulkanisch gesteente…  Je ziet er niet alleen een groot aantal zeevogels maar ook roggen, inktvissen, octopussen, krabben, etc. Houd er wel rekening mee dat de eilanden vanwege hun beschermde status niet zomaar te bezoeken zijn. Vooral in het hoogseizoen wordt het aantal dagelijkse bezoekers beperkt tot 2.200. Zorg daarom dat je een kaartje voor de overtocht direct bij een erkende veerdienst bestelt en niet via bemiddelingswebsites.

2 Monfragüe (Cáceres)

Monfrague

©Else Beekman

UNESCO heeft Monfragüe Nationaal Park in Extremadura in 2003 uitgeroepen tot biosfeerreservaat. Het natuurpark Monfragüe, met klippen, rotswanden en een rijk dierenleven ligt in de provincie Cáceres bij de rivieren de Taag en de Tiétar. In deze streek kun je met een beetje geluk honderden gieren zien vliegen over de rotsachtige toppen. Of zwarte ooievaars en adelaars. Het is ook mogelijk om herten en wilde zwijnen tegen te komen in de beboste gebieden. Bovendien is het een heerlijke plek om sterren te kijken. Het heeft een ongelooflijk diverse verzameling flora en fauna, en vogelaars komen daar samen om de zwarte ooievaars, adelaars en gieren te zien die er hun al dan niet tijdelijke thuis hebben.

3 Nationaal Park Sierra Nevada (Granada en Almería)

Sierra Nevada

©Else Beekman

De provincies Granada en Almería delen het Nationaal Park Sierra Nevada. Het is het grootste nationale park van Spanje en de thuisbasis van de hoogste toppen van het Spaanse vasteland, de berg Mulhacen (3.479m) en de Veleta (3.398m). Terwijl er in de winter wordt geskied, biedt het park in andere jaargetijden veel gelegenheid om vogels te kijken. Ook lopen er wilde paarden en veel Iberische berggeiten, vooral in de hoge gebieden en in de schaapskooien bij de lagunes. Het gebied herbergt nog enkele endemische plantensoorten die nergens anders ter wereld voorkomen. Hieronder de Plantago nivalis, ook bekend als de sneeuwweegbree. Deze plant is aangepast aan de unieke omstandigheden van het hooggebergte.

Dankzij de heldere luchten en de afgelegen ligging is Sierra Nevada een uitstekende plek voor sterrenkijken. Het observatorium op de Loma de Dilar is een getuige van de wetenschappelijke waarde van het park op het gebied van astronomie.

4 Doñana (Huelva, Sevilla en Cádiz)

doñana

©Else Beekman

Doñana Nationaal Park herbergt een unieke biodiversiteit in Europa, met bijzondere landschappen. Het moerasgebied is een doorgangs-, broed- en overwinteringsplaats voor duizenden Europese en Afrikaanse vogels, waaronder ook flamingo’s. Hier leven soorten die ernstig met uitsterven worden bedreigd, zoals de Iberische keizerarend en de Iberische lynx. Het landschap is bijzonder en omvat ook nog een gebied met wandelende duinen.

De huidige druk op het nationale park is zorgwekkend. De intensieve landbouw in de omgeving en de aanhoudende droogte als gevolg van de klimaatverandering zorgen voor het verlies van plant- en diersoorten. Omdat steeds meer lagunes droogvallen, zoeken diverse soorten trekvogels hun heil elders.

Houd ook hier rekening met het feit dat je niet zomaar op eigen houtje het gebied kunt bezoeken. Dat kan alleen met erkende gidsbedrijven. De meeste zijn gevestigd in het naburige Almonte en El Rocío.

5 Nationaal Park Tablas de Daimiel (Ciudad Real)

Tablas de Damiel

Wikimedia Commons

In de gemeenten Daimiel en Villarrubia de los Ojos ligt het Nationaal Park Tablas de Daimiel, een wetland dat vrijwel uniek is in Europa en de laatste vertegenwoordiger van het ecosysteem van het Iberisch schiereiland. Het park heeft een Integraal Watervogelgebied, omdat deze vogels het gebied gebruiken als overwinterings- en broedgebied.

Nationaal Park Tablas de Daimiel ligt relatief dicht bij Cabañeros NP (zie hieronder) en is een wetland en natuurreservaat. Het is een rustplaats voor veel soorten trekvogels. Sommige overwinteren hier. Je kunt er vogelexcursies boeken onder begeleiding van gidsen. Dit kleinste van de Spaanse nationale parken ligt aan de Ruta de Quijote (Don Quichot-route).

Tablas de Daniel heeft een diverse verzameling flora en fauna, en vogelaars komen daar samen om de zwarte ooievaars, adelaars en gieren te zien die er hun al dan niet tijdelijke thuis hebben. Door het prachtig bewaard gebleven landschap is het ook een heerlijke plek om naar de sterren te kijken. De enige stad in het park is Villarreal de San Carlos, met een bezoekerscentrum en de Feria Internacional de Turismo Ornitológico de Extremadura (FIO).

6 Nationaal Park Cabañeros (Ciudad Real en Toledo)

Cabañeros

Shutterstock

Het nationaal park Cabañeros is uitzonderlijk vanwege zijn bedreigde Iberische mediterrane fauna en fossielen van meer dan 500 miljoen jaar oud. Het hele jaar is het er geweldig. Naast de wandelroutes kun je ook de nabijgelegen steden Toledo, Trujillo, Guadalupe en het bijbehorende culturele erfgoed verkennen.

Het beschermde gebied ligt deels in de regio’s Extremadura en in Castilla-La Mancha. Het vormt een toevluchtsoord voor grote roofvogels, zwarte ooievaars, het Iberische hert en andere bedreigde soorten. Daarom is het een must-visit voor ornithologen en vogelspotters.

Cabañeros Nationaal Park dankt zijn naam aan de hutten (cabañeros) die door herders en houtskoolbranders werden gebruikt als tijdelijke schuilplaats voor hun werk in het veld. Deze hutten hebben een kegelvormig dak met omringende planten en werden gebruikt door de inwoners van Montes de Toledo. Het landschap varieert van uitgestrekte ‘rañas’ (mediterrane graslanden) tot dichte bossen en ruige bergen.

7 De Ebro-delta (Tarragona)

Ebro delta

Shutterstock

In het zuidwesten van de provincie Tarragona ligt de Ebrodelta.  De Ebro-delta is met een oppervlakte van 320 km2 het grootste waterrijke gebied in Catalonië. Het landschap is uniek en gevarieerd. Met uitgestrekte rijstvelden, zoutpannen, lagunes en riviermondingen. Deze diversiteit biedt een adembenemend decor voor wandelingen, fietstochten en fotografie. De combinatie van water en land creëert een serene en bijna onwerkelijke sfeer veel bezoekers betovert.

In de rijstcultuur van Spanje speelt de Ebro-delta een cruciale rol. Bezoekers kunnen er meer leren over de rijstteelt, de geschiedenis en de impact ervan op de lokale keuken. De regio staat bekend om zijn heerlijke zeevruchten en rijstgerechten, zoals de beroemde Paella.

Het evenwicht tussen de natuur en de exploitatie door de mens is echter niet eenvoudig gebleken. Daarom keurde de Generalitat de Catalunya in 1983 de oprichting goed van het natuurpark van de Ebrodelta. Het park beslaat dat de regio’s Montsià en Baix Ebre. Kikkers, eenden, de audouins meeuw, adelaars, reigers, flamingo’s, wilde zwijnen, dassen zijn enkele van de diersoorten die in deze delta hun thuis hebben.

Lees ook: Nationale Parken in Spanje onder druk door massatoerisme

Dit vind je misschien ook leuk