In 2010 waren er 183 officiële camperplaatsen en acht jaar later is dat aantal gegroeid tot 904. Je kunt inmiddels met een camper niet alleen terecht in grotere steden zoals Barcelona, Zaragoza of Sevilla, maar ook in kleine dorpjes zoals Llanes in Asturië, Hellín in Albacete of Betanzos in A Coruña. Deze gebieden trekken een nieuw type toerist die ook inkomsten genereert en door het land reist buiten de normale vakantieperiodes.
Dit blijkt uit gegevens van de Spaanse vereniging voor de camperindustrie ASEICAR. Elke maand komen er gemiddeld vijf camperplaatsen bij in Spanje en de groei op jaarbasis in 2018 was 22 procent. Het gebrek aan goede camperplaatsen vormde een van de grootste uitdagingen van de sector, maar nu er steeds meer ondernemers zich op het campertoerisme richten, wordt de zorg daarover minder.
Tot een paar jaar geleden was het onmogelijk om het centrum van een van de grotere Spaanse steden binnen te rijden vanwege een parkeerverbod voor campers of een gebrek aan passende parkeerplaatsen. Nu richten gemeentes zoals Córdoba, San Sebastián, Logroño, Pamplona en Alicante onder andere, zelfs specifiek centraal gelegen zones in voor campertoeristen. Hier mag dan ook tussen 48 en 72 uur worden overnacht.
Veel van die camperplaatsen rekenen 10 tot 15 euro per dag. Veelal is er water, rioolafvoer, elektriciteit en verbinding met het lokale openbaar vervoer aanwezig. Wel blijft het verboden om kampeerelementen toe te voegen, zoals parasols, tafels en stoelen of luifels.
Opvallend is dat de regio Madrid, waar jaarlijks toch tienduizenden campers passeren, erg weinig voorzieningen heeft voor campertoeristen. De weinige plekken die er zijn liggen niet in centra van dorpen of steden maar meer langs de weg zoals bij Buitrago de Lozoya, Torrelaguna en El Boalo. Verder kunnen mensen die met een camper door Spanje reizen terecht op campings in bijvoorbeeld Villaviciosa de Odón, El Escorial of Gargantilla del Lozoya.
Andere gemeentes zien in deze sector een nieuwe bron van inkomsten om aan te boren. Een camperreiziger besteedt gemiddeld 100 euro per dag in winkels, apotheken, tankstations of bars in de omgeving waar hij verblijft. Bovendien reizen campertoeristen vaker buiten het hoogseizoen zoals Semana Santa en de zomermaanden en trekken er veel in gewone weekends en de zogenoemde ‘puentes’ op uit.
Mochten er geen camperplaatsen in de buurt zijn, dan telt Spanje nog ruim 1.000 campings waar ze terecht kunnen. Volgens José Manuel Jurado, voorzitter van Aseicar is ‘deze toename in aantal camperplaatsen heel belangrijk voor de sector. Hoewel we nog steeds ver van de 6.000 plekken verwijderd zijn die er bijvoorbeeld al bestaan in Frankrijk, is het een duidelijk voorbeeld van het belang dat de sector in toenemende mate heeft voor de verschillende overheden. Daarbij draagt het openen van speciale camperplaatsen bij aan het controleren van de gebieden waar campers illegaal bij elkaar gan staan bij bepaalde stranden of beschermde kustgebieden, waar we absoluut tegen zijn’.