"Ineenstorting" eerstelijnszorg en SEH in Spanje dreigt

door admin
"Ineenstorting" eerstelijnszorg en SEH in Spanje dreigt

Fernando Hontangas, de voorzitter van CSIF, schat het tekort aan artsen in gezondheidscentra en klinieken op 29.500 professionals en op 130.000 personen in het geval van verpleegkundigen. Dat extra aantal is nodig om het Europese gemiddelde niveau te bereiken. “Zo kunnen we niet doorgaan”, oordeelde de vakbondsvertegenwoordiger. Hij dringt bij het ministerie van Volksgezondheid aan op een ontmoeting om een plan op staatsniveau op te stellen om de problemen zo snel mogelijk op te lossen. 

Belangrijkste problemen nationale zorgstelsel in Spanje

De ineenstorting van de eerstelijnszorg, de verzadiging van de spoedeisende hulp, de “onevenredige” toename van wachtlijsten en het algemene tekort aan professionals, samen met het gebrek aan planning en vervangingen, zijn voor CSIF de belangrijkste problemen van het nationale zorgstelsel in Spanje. Deze zijn van invloed op het hele grondgebied. “Deze situatie is een endemische ziekte die alle autonome gemeenschappen treft”, aldus Hontangas.

Bekijk ook: Spaanse eerste hulp staat op instorten

Volgens de vakbond loopt in regio’s als Madrid en Catalonië de wachttijd voor een eerste consult in de eerstelijnszorg op tot vijftien dagen. Een periode die door Hontangas als iets “schandaligs” wordt omschreven. De voorzitter stelde dat “dit leidt tot een ernstige ontoegankelijkheid van het gezondheidssysteem”.

De verzadiging van de eerstelijnszorg heeft tot gevolg dat burgers direct naar de afdeling spoedeisende hulp in het ziekenhuis gaan. Hier worden volgens de vakbondsvertegenwoordiger “klachten behandeld die niet urgent zijn, maar die wel moeten worden gedaan”. Hij vervolgt: “burgers kunnen geen vijftien dagen met kniepijn doorbrengen, maar ze kunnen niet eens één uur doorbrengen met pijn op de borst… Zo kunnen beroertes, een hartaanval, echt urgente pathologieën worden gemist”, klaagt hij.

Ruim 380.000 zorgprofessionals tekort

De wachtlijsten vormen het bewijs voor het gebrek aan personeel. In Spanje zijn op dit moment 165.000 artsen en 213.000 verpleegkundigen werkzaam, volgens gegevens van het ministerie van Volksgezondheid. Hiervan werken respectievelijk 43.000 en 41.000 in de eerste lijn.

Om het nationale gezondheidssysteem op één lijn te brengen met het Europese gemiddelde schat CSIF dat hier 29.500 eerstelijnsartsen en 130.000 verpleegkundigen nodig zijn. Evenals 1.250 verloskundigen, 1.100 kinderartsen, 44.000 verpleegassistenten en nog eens 176.000 andere professionals, waaronder klinisch psychologen, fysiotherapeuten en maatschappelijk werkers. Dat brengt het totale tekort op 381.800 zorgprofessionals.

In twee maanden tijd ruim 50.000 banen geschrapt

Met deze situatie in het achterhoofd heeft Hontangas de autonome gemeenschappen verweten dat ze in de maanden september en oktober 51.327 banen hebben geschrapt. Hij baseert zich hierbij op gegevens van de sociale zekerheid. Dat was bovendien midden in de griepvaccinatiecampagne en vóór de aankomst van slecht weer. Iets dat normaliter gepaard gaat met een toename van ademhalingspathologieën en een daaruit voortvloeiende toename van de zorgdruk.

“Als ze 51.000 professionals hebben ontslagen, zijn er ook weer mensen om aan te nemen. Het kan niet zo zijn dat er zorgprofessionals zijn ontslagen en er tegelijkertijd werkloosheid is”, zei de vakbondsvertegenwoordiger. Hij reageerde hiermee op het argument dat de afgelopen weken door sommige overheidsfunctionarissen naar voren is gebracht.

De vakbondsvertegenwoordiger wijst er bovendien op dat veel zorgprofessionals vanwege de baanonzekerheid en relatief lage salarissen hun heil zoeken in andere landen, op zoek naar fatsoenlijke arbeidsomstandigheden. 

Meer investeringen in de eerstelijnszorg

Spanje investeert 2.027 euro per persoon aan de gezondheidszorg, dat is behoorlijk onder het Europese gemiddelde van 2.746 euro. Hontangas heeft met name opgeroepen tot meer investeringen in de eerstelijnszorg. De algemene begrotingen voor 2023 voorzien 176 miljoen euro voor het actieplan eerstelijnszorg. Dat is ver verwijderd van de 4 miljard euro die volgens de sector nodig is om het personeelstekort te corrigeren en de personele middelen van alle beroepscategorieën gelijk te trekken met het gemiddelde van de Europese Unie.

Nog geen staking

CSIF heeft een werkgelegenheidsplan met 289.000 nieuwe banen tussen 2023 en 2031 opgesteld. Bovendien roept de vereniging op tot een “dringende” ontmoeting met de minister van Volksgezondheid, Carolina Darias, om haar te vragen een Staatspact te promoten. “Afhankelijk van het resultaat van die hypothetische ontmoeting die ze ons zouden geven, zal CSIF een staking of andere, net zo sterke, acties overwegen”, verzekerde Hontangas.

Toch acht de vakbond een nationale staking in de zorg momenteeld niet gepast, al wordt die optie niet uitgesloten. “We hebben een algemene staking over het hele nationale grondgebied overwogen, maar we bevinden ons in een situatie vanvaccinatiecampagne tegen covid-19 en griep en een toenemend aantal ziektegevallen en het is moeilijk om een ​​staking voor te stellen in de situatie waarin de burgers zich bevinden”, legt de voorzitter uit.

Bekijk ook: Massale demonstratie tegen afbraak publieke zorg in Madrid

Dit vind je misschien ook leuk