Einde decennialange tweestrijd PP en PSOE in Spanje

door admin
Einde decennialange tweestrijd PP en PSOE in Spanje

De PP kreeg nog wel de meeste stemmen, maar de absolute meerderheid voor de conservatieve Volkspartij is in alle regio’s en de meeste gemeenten voorbij. In de van oudsher grote rechtse bastions Madrid en Valencia belandt de PP naar alle waarschijnlijkheid voor het eerst in twintig jaar tijd in de oppositie.

Van activiste naar burgemeester Barcelona

Ook de socialistische arbeiderspartij PSOE verloor de deels dominante positie. De nieuwe partijen Podemos (we kunnen) en Ciudadanos (burgers) behaalden in elke regio zetels. In Barelona won activiste Ada Colau de verkiezingen en stoot daarmee Xavier Trias van de burgemeesterszetel. Dit betekent een gevoelige klap voor de onafhankelijkheidsbeweging in de Catalaanse hoofdstad.

Gepensioneerde rechter wint in Madrid

In Madrid won de 71-jarige gepensioneerde rechter Manuela Carmena met haar coalitie van linkse partijen de verkiezingen en geeft hiermee Esperanza Aguirre van de PP het nakijken.

Einde absolute meerderheid PP

Als deze regionale en lokale uitslagen een vooruitwijzing zijn voor de landelijke verkiezingen, dan kan Rajoy zich vast voorbereiden op zijn vertrek. Een absolute meerderheid zal het niet meer worden. Spanjaarden blijken niet voor zijn strategie van stabiliteit voor Spanje gekozen te hebben. Alle berichten over de economische voorspoed die Spanje de laatste maanden ten deel viel en die lustig door de PP werden gebruikt in de campagne ten spijt, behaalde de Partido Popular het slechtste resultaat sinds 1991. Rajoy’s partij behaalde wel de meeste stemmen, maar verliest vrijwel overal de absolute meerderheid. Dit betekent dat er binnenkort onderhandeld moet worden over nieuwe coalities of zelfs dat de PP in de bankjes van de oppositie plaats zal moeten nemen.

Einde tweestrijd PP-PSOE

De resultaten van deze verkiezingen luiden het einde van de tweestrijd tussen de socialisten en de conservatieven in die bijna vier decennia lang de boventoon voerde. Of de Partido Popular stond aan het roer, of de PSOE leidde het land, de regio of de gemeente. Met de opkomst van allerlei nieuwe partijen die zich verzetten tegen het bezuinigingsbeleid, tegen de talloze corruptieschandalen binnen de heersende elite, tegen de toenemende ongelijkheid en de torenhoge werkloosheid in het land, begint er een nieuw tijdperk.

Per regio

In Extremadura won de PSOE met 30 zetels, in Castilla la Mancha won de PP met 16 zetels, in Murcia won de PP met 22 zetels, in Valencia won de PP met 31 zetels, In Aragón won de PP met 21 zetels, in Madrid won de PP met 48 zetels, in Castlilla y León won de PP met 42 zetels, in Asturias won de PSOE met 14 zetels, in Cantabrië won de PP met 13 zetels, in Navarra won de UPN met 15 zetels, op de Balearen won de PP met 20 zetels, in La Rioja won de PP met 15 zetels en op de Canarische Eilanden won de CCA-PNC met 18 zetels.

Per gemeente

In de stad Málaga won de PP met 13 wethouders, in Benalmádena won de PP met 9 wethouders, in Torremolinos won de PP met 11 wethouders, in Fuengirola behaalde de PP nog de absolute meerderheid met 14 wethouders, in Mijas won de PP met 11 wethouders, in Marbella won de PP met 13 wethouders.

In Alicante won de PP met 8 wethouders, in Benidorm won de PP met 8 wethouders, in Alfas del Pi won de PSOE met 12 wethouders, in Altea won de PP met 7 wethouders, in Denia won de PSOE met 7 wethouders, in Benissa won de PP met 8 wethouders en in Calpe won de PP met 9 wethouders. In Valencia won de PP met 10 wethouders. In Barcelona won Barcelona en Comú-E met 10 wethouders en in Madrid won de PP met 21 wethouders.

Dit vind je misschien ook leuk