De onderzoeksfase van de zaak is afgerond en volgens rechters van het Spaanse hooggerechtshof zullen de zittingen waarschijnlijk nog eind dit jaar van start gaan. De achttien in staat van beschuldiging gestelden worden door de vervolging van het Hooggerechtshof beschuldigd van rebellie, verduistering en opruiing. Ze zouden deze delicten hebben gepleegd in de weken na het onwettig verklaarde referendum dat op 1 oktober vorig jaar werd gehouden en waarbij een meerderheid vóór onafhankelijkheid stemde.
Vrijdag werd bekend dat de Spaanse landsadvocaat de aanklacht rebellie laat vervallen. De achttien aangeklaagden zal in plaats daarvan alleen opruiing en verduistering ten laste worden gelegd. Hiervoor gelden aanzienlijk lagere straffen. Voor rebellie kan iemand maximaal dertig jaar gevangenisstraf krijgen.
De voormalige voorzitter van het Catalaanse parlement Carme Forcadell staat terecht, samen met onder anderen partijleider Oriol Junqueras en voormalige regioministers Joaquim Forn, Jordi Turull, Jordi Sánchez, Josep Rull, Josep Rull, Dolors Bassa en Raul Romeva. Deze politici zitten al bijna een jaar in voorarrest. Zeven politici en ex-ministers kunnen niet worden vervolgd omdat ze naar het buitenland zijn gevlucht. Hieronder is ook de voormalige premier van de regio Carles Puigdemont die al ruim een jaar in België verblijft. Rechters in de betreffende landen weigeren de Catalanen aan Spanje uit te leveren zoals verzocht door Spaanse rechters.
Belangrijkste rechtszaak
Aanklagers in dit proces zijn de Spaanse openbaar aanklager van het hooggerechtshof en de extreem-rechtse politieke partij Vox. De rechtszaak kan tot de belangrijkste in de geschiedenis van de Spaanse politiek gerekend worden. Deze zal ook een grote invloed hebben op de huidige regering Sánchez. Deze heeft namelijk voor de goedkeuring van de staatsbegroting voor 2019 de steun nodig van twee separatistische Catalaanse partijen. Krijgt hij die steun niet, dan zullen er opnieuw landelijke verkiezingen volgen.
‘Onfatsoenlijk’
De oppositie bestaande uit de partijen Ciudadanos en Partido Popular uitten al hun kritiek op het feit dat de landsadvocaat de aanklacht voor rebellie heeft laten vervallen. Rivera van Ciudadanos beschuldigt premier Sánchez (PSOE) ervan de uitvoerende macht te gebruiken en de leiders van het ‘proces’ te vergeven in ruil voor hun steun. Pablo Casado van PP schreef het op Twitter ‘onfatsoenlijk’ te vinden dat de regering Spanje ‘vernedert door de landsadvocaat te dwingen zich op deze manier van het Openbaar Ministerie de distantiëren en de leiders van de coup niet te beschuldigen van rebellie’. Casado concludeert dat Sánchez niet verder kan regeren en ‘nu verkiezingen moet uitschrijven’.