Uit de cijfers blijkt dat de stuwmeren op dit moment 21.291 kubieke hectometer bevatten. Daarmee staan ze op 37,9 procent van hun capaciteit. Op dit moment bevatten de reservoirs 10.638 kubieke hectometer minder dan het gemiddelde voor het decennium, en iets meer dan 4.000 minder dan in dezelfde periode vorig jaar.
In 1995 waren de niveaus ook extreem laag. In dezelfde week van augustus, 27 jaar geleden, bevatten de Spaanse reservoirs nog geen 15.000 kubieke hectometer water volgens gegevens van het Ministerie.
Deze week heeft het geregend aan de Atlantische kust en in mindere mate aan de Middellandse Zeekust. De meeste regen viel in Albacete met 14,2 mm (14,2 l/m2).
Waterreservoirs door het land
De reserve bedraagt 69,9 procent in het oosten van Cantabrië; 60,4 procent in het westen van Cantabrië; 49,9 procent in de Miño-Sil; 59,9 procent in Galicië-Costa; 81 procent in de interne bekkens van Baskenland. Het aandeel van de Tinto, Odiel en Piedras bedraagt 68,6 procent; dat van de Júcar 57,3 procent; en dat van de Ebro 48,5 procent.
Intussen slaan acht stroomgebieden minder water op dan de helft van de toelaatbare capaciteit toelaat. Het gaat om de stuwmeren van het bekken van de Duero, met 40,6 procent; de Tajo, met 39,5 procent; de Guadiana, met 25,3 procent; de Guadalete-Barbate, met 26,3 procent; de Guadalquivir, met 23,2 procent; het Andalusische Middellandse-Zeebekken, met 43,8 procent; de Segura, met 39,2 procent; en de interne bekkens van Catalonië, met 40,9 procent.